Maandelijks archief: maart 2015

sxsw15 notes – How the data era will build high performance humans

Een sterk panel met goede sprekers, o.a. Haile Owusu, de chief data scientist van Mashable en Victor Cruz, een wide receiver van de New York Giants. Dat is american football ;-). Hier is alle info over het panel.

Cruz vertelde over wat er allemaal wordt vastgelegd bij de Giants. En dat is heel veel. Voor wide receivers is snelheid het belangrijkste, dus wordt van iedere training vastgelegd wat hun maximum snelheid was. Blijft deze hoog, door de week heen? Hoeveel afstand wordt afgelegd? Ze gebruiken horloges om hun slaap vast te leggen, die data wordt ook meegenomen.

Iedere speler krijgt iedere week een boekje met z’n uitslagen. Hoeveel slaap, hoeveel mijlen gelopen, maximum snelheid. Dit is leuk en geeft onderlinge competitie. En het verandert hun gedrag: Spelers gaan eerder slapen, omdat ze zien wat het effect is op hun snelheid.

De staf rond het team gebruikt de data ook. Data is blind en doof, en kan eventuele vooroordelen weghalen; Owusu maakt de case voor machine learning. Tegelijkertijd is er altijd menselijke interpretatie nodig. Data kan een gesprek over training makkelijker maken, doordat je naar iets kan wijzen. “Kijk, hier is iets opvallends” is een goede start van een conversatie.

In de sportschool kan data ook worden ingezet. Mensen die zo efficient mogelijk willen trainen kunnen data gebruiken om hun trainings-geschiedenis meteen bij zich te hebben, en een stapje verder kunnen zetten. Sommige gym-apparaten zijn daar al op voorbereid: Je loopt er heen, het apparaat verbindt zich met je device, en stelt zich alvast goed in. Voordeel voor de apparaten-leverancier is dat ze veel data krijgen en op die manier optimale workout strategieën kunnen ontwikkelen.

Mensen die gemotiveerd worden door onderlinge competitie kunnen data ook goed gebruiken. Equinox liet een video zien van een spin-class, waarbij er twee teams waren die op een groot beeldscherm een onderlinge wedstrijd reden. Dat is een stuk betere manier dan achterin de groep je apparaat stiekem minder zwaar zetten dan gevraagd ;-).

En wat moet je dan met die data? Daar is nog veel in te winnen, daar was men het er over eens. Als je veel data verzamelt kan je correlaties vinden. Maar vertrouw je die correlatie dan? Dat is voorlopig mensenwerk. En in een professionele omgeving is dat ook beter; je hebt een open ruimte nodig, coaches zullen nooit echt kunnen worden vervangen door machines. Atleten zijn ook makkelijker coachbaar dan normale mensen, ze nemen advies beter aan.

En wat is de toekomst? Gervais zegt: Er moeten systemen en strategieën komen waardoor mensen zelf kunnen gaan zien wat goed is voor ze. En ze op een verantwoorde manier tot het randje kunnen worden geduwd, maar binnen veilige grenzen. En de grote onbekende wereld die voorlopig buiten het meten valt zijn de gedachten. Deze wereld kan grote invloed hebben; ruzie met je vriendin of stress rond een transfer kan effect hebben op je prestatie, en dit valt voorlopig buiten wat praktisch meetbaar is.

Cruz wil graag één apparaat wat alles meet. Nu is het lastig om dingen te correleren omdat metingen in verschillende apps komen. En Owusu ziet in de toekomst mogelijkheden met computer vision. Automatische beeldherkenning  zou op die manier sleutel momenten in een video kunnen annoteren, wat veel zou kunnen helpen.

Een fijne en sterk geleide sessie waarbij duidelijk wordt dat dit er veel gebeurt op het gebied van sport en data, en dat er ook nog heel veel te doen is. Kansen volop.

 

sxsw15 notes – How to Prepare for The Tidal Wave of Big Data Jobs

Data wordt steeds strategischer voor bedrijven. Daarom zie je tegenwoordig soms de functie ‘Chief Data Officer’ of ‘Chief Analytics Officer’. Probleem is dat er te weinig mensen te vinden zijn voor deze functies. Dit panel ging over dat verschijnsel: Wat is nou dat werk, waarom is het tof, en wat zijn kwalificaties.

In het panel de Chief Analytics Officer van New York City, de Chief Digital Officer van het MoMa in New York en de oprichter van de Digital Officers Club. Alle info is hier te vinden als je dat wilt nazoeken.

De functies als ‘Chief Analytics Officer’ ontstaan niet zo maar, in een organisatie. Een effectieve manier om de noodzaak van die functie aan te tonen is door te gaan kijken naar een probleem wat op dat moment gezien wordt door de organisatie, en dat dan te proberen op te lossen met data. Daaruit volgt dan als vanzelf dat je mensen nodig hebt om dat werk uit te voeren en is de ‘data functie’ geboren.

De Chief Analytics Officer van New York vertelde hoe zijn dag er uit zag. Centraal voor zijn werk is altijd: Welke processen gebeuren er in New York, welke nieuwe diensten zijn er voor de New Yorkers, welke problemen zijn er daar mee. En als die problemen er zijn kijkt hij naar het landschap van data. Welke data is er allemaal. In New York heeft hij veel moeite gedaan om alle eilandjes van data te verbinden. Dat vereist praten, uitleggen, vragen. Een belangrijke skill voor een Chief Analytics Officer.

Hij gaf een mooi voorbeeld van het nut van analytics binnen New York. Vorig jaar zijn er bij een brand een aantal brandweermannen om het leven gekomen omdat het appartement illegaal verbouwd bleek te zijn. New York heeft inspecteurs die daar op toezien, maar die hebben natuurlijk een eindige hoeveelheid tijd en moeten kiezen waar ze langs gaan. Door analytics te draaien op onder andere de belastinggegevens van verhuurders konden ze een veel betere set maken van potentieel illegaal verbouwde appartementen. Het percentage sluiting op geïnspecteerde appartementen ging daardoor van 13 naar 70 procent, enorm veel beter dus. Analytics redt levens, mensen.

Vervolgens kwam de discussie op het onderwerp: Hoe kan je de vereiste mix van skills krijgen? Sreenivasan tipte een ‘Computational Journalism’ cursus die Columbia geeft. Mashariki vertelde dat de analytische skills een vereiste zijn, en daarnaast iets als gedragswetenschap of psychologie ook vereist is.

Hoe vind je die mensen, als organisatie? New York doet dat als volgt: Ze geven een bepaald probleem, en zeggen: Los dit op met data. Je hebt een week. De persoon die dit oplost, er een goed verhaal bij heeft, én die andere gemeente instanties heeft gebeld voor data, is geschikt voor de baan. Kijk op nyc.gov/analytics om te zien hoe dat er uit ziet.

En als je ze hebt, hoe richt je je organisatie dan in? Bij LinkedIn was er eerst een centraal team met data scientists, die alle vragen oplosten. Dit team was groot genoeg om een andere organisatie-structuur te testen, en ze werken nu decentraal. Per afdeling 2 data-scientists. Dit werkt goed omdat die de medewerkers van die afdeling dan gaan leren hoe ze dingen moeten aanpakken. De kennis wordt zo breder in de organisatie. Als je de luxe niet hebt van een dergelijk groot team moet het centraal. Het risico bestaat dat een eenzame data scientist alleen maar opdrachtjes krijgt van een product manager, en na een jaar gek wordt om alleen maar sql te tikken.

Hoe zien ze de toekomst van data science? Dat de resultaten meer ‘ambient’ worden. Nu is het rapportage op verzoek, dit moet veranderen in weergave van de dingen die je moet weten, op een meer laagdrempelige manier, bijvoorbeeld via wearables of andere meer ‘ambient’ displays.

Al met al een mooi overzicht van dit werkveld en nuttige tips.

sxsw notes: The In-Stadium Fan Experience in MLS

Een panel met goede moderator Bretos, een anchor van ESPN, en drie eigenaren van MLS voetbalclubs. Alle details kan je hier vinden als je dat wilt.

Major League Soccer is in de VS inmiddels de 4e sport, met een bezoek per wedstrijd dat vergelijkbaar is met de Eredivisie in Nederland. Volgens kenners is het niveau op sportief gebied ongeveer Eerste Divisie, maar dat kan de pret niet drukken.

Het panel ging vooral over de stadion-ervaring. Leuk om te merken dat Amerikanen
oprecht verbaasd zijn dat voetbalfans liever zelf een feestje maken dan te worden
vermaakt door drumbands en andere ‘mensen in pakken’.

Een paar conclusies.

Data in stadion moet werken
Maar zoals altijd is er het dilemma: leid het niet te veel af? De fans moeten niet de hele tijd naar hun telefoon zitten te kijken. Daarom ontwikkelen de Timbers ook geen eigen apps. Het publiek mag best Twitter en Facebook gebruiken, dat hou je toch niet tegen. Maar ze moedigen het niet nog extra aan met uitgebreide spelletjes en dat soort dingen.
De andere clubs zijn minder voorzichtig, en doen spelletjes in de trant van ‘voorspel en win’.
Experimenteer met social media
De Timbers lieten hun fans poseren met de kettingzaag van hun mascotte, in een tijdelijke studio. Dat vonden ze zo mooi dat veel fans hun social media avatar veranderden in dat plaatje, met een groot viraal effect als gevolg. Of de ‘flying tweet’: Tijdens de reis van de ploeg doen ze soms een twitter-uurtje: Vraag ons alles wat je wilt.
Mobiel bestellen
Een voetbalwedstrijd is relatief kort voor Amerikaanse begrippen, en dan is de rust ook nog eens slechts een kwartier. Dat geeft nogal een ‘rush’ op de hapjes en drankjes. Mobiel bestellen zou hier een grote winst in kunnen betekenen, waardoor ze de druk verspreiden. Daar is echter nog geen echte oplossing voor.
Gebruik social media voor het ‘brekende nieuws’
De manier om fans dicht te betrekken. Sporting Kansas City meldt al in een vroeg stadium op sociale media dat ze belangstelling hebben voor Rafaël van der Vaart. Maar: De club-eigenaren melden in koor dat ze merken dat de tieners niet meer zo goed als vroeger via Facebook te bereiken zijn. “It’s all about Instagram now”. En over een paar jaar kan dat weer anders zijn. Wees dus ‘agile’, en zorg dat de organisatie zich snel kan aanpassen als nieuwe mogelijkheden zich aandienen op het gebied van sociale media.
Experimenteer samen met de fans
Technologie is belangrijk, en als het niet werkt is het een enorme dissatisfier. Test met een kleine groep fans, en wees duidelijk dat je experimenteert en dat er dingen niet goed kunnen werken. Vraag feedback.

Ondanks de achterstand op sportief gebied zijn de Amerikanen wel heel doortastend met het inrichten en marketen van hun MLS, en de resultaten zijn er naar. Het bezoekersaantal stijgt gestaag, en ze zijn niet bang te experimenteren en investeren. Op sommig gebied zou je kunnen zeggen dat ze geen ‘remmende voorsprong’ hebben ten opzichte van Europa, en dat maakt het toch interessant om in de gaten te houden wat ze doen.